Vanaf de jaren 1950 kiezen veel bruidjes voor een witte bruidsjurk met bijbehorende accessoires. De bruidssluier is er een van. Deze sluier zien we in veel Europese landen. Net zoals de witte bruidsjurk zelf, is de bruidsluier voor 1950 een luxueus accessoire bij de rijke bourgeoisie en adel. Midden 20e eeuw worden ze algemeen gebruikt.
De bruidssluier is meestal vervaardigd in kant. Ook in de bruidsjurk is vaak kant verwerkt. Kant is luxueus en laat toe dat de bruid rond zich heen kan kijken met de sluier voor het gezicht. Kant heeft ook iets erotisch. Door het kant heen kan je de huid zien. Een dure kanten sluier is vaak een familiestuk. Alle vrouwen van de familie dragen de sluier op hun huwelijksdag.
De bruidssluier moet niet alleen bij de jurk passen, hij moet vooral ook passen bij het feestelijk kapsel. Vaak gaat men net voor het ritueel in de kerk of het stadhuis nog even bij de kapper langs. Sommigen laten het haar lang op voorhand groeien, zodat men op de huwelijksdag kan uitpakken met een speciaal opgestoken kapsel, een knap getooide bruid! De kapper moet vooral ook rekening houden met de sluier.
Soms omringen vriendinnen, zussen, nichtjes de bruid als bruidsmeisjes. Vaak zijn dit ook kinderen, die de huwelijksringen meedragen. Bruidsmeisjes zijn feestelijk gekleed, maar dragen nooit een sluier. Dit is exclusief voor de bruid. Sommigen geloven dat de sluier dient als afweermiddel tegen boze geesten en geluk brengt.
Op de huwelijksdag bedekt de bruid voor het ja-woord haar gezicht met de sluier. Na de huwelijksbelofte mag de partner de sluier voor het gezicht optillen. Voor het eerst kijken zij elkaar aan als gehuwd stel. En wordt er gekust. Tot ver in de 20e eeuw was dit een formeel gebeuren, vandaag mag het allemaal uitbundiger en emotioneler. Waar het vroeger een zedig kusje was, verwachten vrienden en familie nu pure hartstocht.
De sluier is een vast accessoire van de bruid. Een ‘catherinette’ is een mutsje voor een meisje dat op haar 25e nog niet getrouwd is. Op 24 november, de feestdag van de heilige Catharina, patrones van jonge meisjes kreeg zij zo’n mutsje. Het kon ook een postkaart zijn met een verwijzing naar deze muts en met het opschrift ‘vive sainte catherine’. Dit gebruik is uit Frankrijk overgewaaid en is begin 20e eeuw lokaal populair. De uitdrukking ‘coiffer Sainte-Catherine’ betekende zoveel als ‘oude vrijster’. Het krijgen van zo’n muts of postkaart werd met gemengde gevoelens ontvangen!
Kenniscentrum over het erfgoed van het dagelijks leven
Studio Alijn is te bezoeken na afspraak tijdens weekdagen
van 10:00 tot 17:00 via studio@huisvanalijn.be of
T 09 235 38 00.
Adres Studio Alijn
Kraanlei 69, 9000 Gent