< Terug naar overzicht

Het verhaal van Sally

0:00 0:00

Download

Hoger resolutiebeeld? Neem contact met Studio Alijn.
© huisvanalijn
Het verhaal van Sally

Deel op social media

vervaardiger
schrijver | Declercq, Matthias
producent | Huis van Alijn
datum
2015
objectnummer
AU-0011-0028
Het verhaal van Sally in het kader van de tentoonstelling 'De Zesdaagse'. We schrijven zaterdag 29 januari 1972. In de coulissen van ’t Kuipke trekt de Schotse zangeres Sally Carr haar rode lederen knielaarzen aan. Ze kijkt in een spiegel, wappert even met het steile, blonde haar en rijgt de gele touwtjes van haar zwarte bovenstuk aaneen. De voormalige coiffeuse knikt naar de rest van haar pop-band ’Middle of the Road’ en weet dat haar lot nu in handen ligt van het publiek. Dat publiek is massaal afgezakt naar ’t Kuipke voor de 12° Supernacht der Vedetten, de meeting/show die het Gentse pisteseizoen traditioneel afsluit. In het ’programma- en gedenkboek’ wordt Middle of the Road aangekondigd als de ’1° aan de top 30 van Radio Veronica.’ Sally speelt de boel plat die avond. Je hoort het haar nog altijd zingen: ’Whèèère’s your màààma gone? (x2) Little baby Don (x2) Whèèère’s your pàààpa gone? (x2) Fàààr, fààààr away’ En het publiek dat tussen de wedstrijden in de brede broekspijpen glad strijkt en een sigaar opsteekt. ’Oooooh-We, Chììììrpy, Chirpy, Cheep, Cheep.’ Het was en is nog altijd de grote aantrekkingskracht van een zesdaagse of een pistemeeting tout court: je hoeft de sport niet te begrijpen om er toch van te houden. De mix van sport en cultuur maakt dat de mannen na de 12° Supernacht van de Vedetten ’s nachts meer droomden van de eindeloos ranke benen van Sally, dan die snelle stampers van Sercu. Het is ook nooit anders geweest. De aanvankelijke martelarij die de Zesdaagse was bij de doorbraak eind jaren 1800, vervelde van een dodentocht naar een sportshow. Eerst werd het aantal uren rijden ingekort, tijd die naar zangeressen en andere kunstenaars ging, om de zesdaagse nadien op alle grote Europese pistes te laten doorgroeien tot een magneet voor liefhebbers van tubes, rode knielaarzen en Chirpy Chirpy. De randanimatie werd op sommige plekken een half muziekfestival, op andere heerste de kolder. In Rotterdam, een plek met een rijke zesdaagse-geschiedenis, werd ooit een paard de piste in gestuurd. ’Peter Post’, werd het paard gedoopt, naar de bekende Nederlandse pistier en ploegleider. Tot het beest ooit steigerde op de piste en bijna de knieschijf van Eddy Merckx verbrijzelde. Een lama nam nadien de plaats van het paard in. Een beest dat was overgebleven uit het Kerstcircus. Stond die lama midden de piste, roerloos te wezen. Er zijn ook verhalen van olifanten op het hout! Of een winnaar van de Dakar-rally die plots het middenplein op reed. Er zijn zelfs renners die zelf de micro grepen en zongen. Of althans een poging waagden. Danny Clark, een Australische toppistier, maakte in 1980 zelfs een plaatje, samen met de Ruud Hermans Band: ’My end and my beginning.’ De Tasmaniër woonde een tijd in Wondelgem en had daar wel 500 platen liggen: van Frank Sinatra, tot Elvis en Bruce Springsteen. De laatste jaren zijn er geen renners meer die zelf zingen. Ook niet in Gent. Daar zingt het volk wel. Het middenplein van het Kuipke is het oog van de storm. Daar laven studenten zich aan Iljo Keisse, aan het bier, de Sirtaki en die schone blonde aan de bonnetjes. Het middenplein is op vele plekken een toneel van protserige dames en andere vip’s. In Gent is het middenplein een volks bad waar een mens graag in duikt. Je drinkt een glas, roept je vrienden, ziet een derny en voelt je verheven, weg van de wereld. Fàààr, fàààr away. Sally zal er indertijd niet aan gedacht hebben, dat haar act haast zo populair was als de renners zelf. Net daarin schuilt misschien wel de bedreiging van het voorbestaan van de zesdaagsen. De laatste paar jaar is het aantal drastisch gedaald. De sport lijdt aan bloedarmoede. Alleen in Duitsland en België blijven nog een aantal Mohikanen over. Maar hoe meer show er bij komt kijken, hoe meer volk, maar tegelijk ook hoe minder belangstelling voor de koers zelf. In Bremen, een plek waar in 1910 al een zesdaagse plaatsvond, worden nog altijd rondjes gereden, maar het spektakel is er ingebed in een veel breder concept. Deel uitmakend van een groot zalencomplex vind je in de éne zaal nog coureurs, maar is er daarnaast plots een autobeurs, of een schlagerfestival, of een lange ketting aan eetstandjes. De zesdaagse is er nog wel de aanleiding, maar het sportieve aspect valt langzaam tussen de plooien. Berlijn en Gent, toch twee van de sterkste resterende zesdaagsen zetten de sport nog altijd centraal. En al zeker Gent, met die spectaculaire piste. Het zal er in de toekomst op aan komen de zesdaagsen aantrekkelijk te houden voor de renners zelf. Want hoe minder zesdaagsen, hoe minder renners geneigd zijn rondjes te rijden, hoe kleiner de kans op overleven.

Meer weten over de collectie?

BEZOEK STUDIO ALIJN

Kenniscentrum over het erfgoed van het dagelijks leven

Studio Alijn is te bezoeken na afspraak tijdens weekdagen
van 10:00 tot 17:00 via studio@huisvanalijn.be of
T 09 235 38 00. 

Adres Studio Alijn
Kraanlei 69, 9000 Gent

img_8374_web_c_michiel_devijver_666a0a26dcbd26b80e6ed14b26532644

Blijf op de hoogte

Volg het nieuws en de verhalen van het Huis van Alijn.

Schrijf je in op de nieuwsbrief